Wethouder Cassee heeft in de door VVD en SP aangevraagde extra raadsvergadering van 26 augustus 2014 een verklaring afgelegd waarom er ‘allemaal toch niet zo veel aan de hand zou zijn’. Hij heeft toegezegd deze verklaring ook schriftelijk aan de Raad te doen toekomen. Hieronder wordt nader ingegaan op de ‘apologie’ van de wethouder: zijn brief van 28 augustus 2014.
Wat meteen opvalt is dat D66 wethouder Cassee vooral ingaat op zaken die er niet toe doen, die er niet zijn, of reageert op vragen die niet gesteld zijn. Dat is uiteraard mist. Op die manier hoef je minder tijd te besteden aan vragen die wel gesteld zijn, feiten die er wel liggen en zaken die er wel toe doen. Zo stelt hij dat er geen strafrechtelijke veroordeling is en verhult aldus het bij herhaling versturen van valse facturen en het wegsluizen van AWBZ-geld waarvan hij de bevoordeelde partij is. Een bewuste keuze.
De brief van wethouder Cassee staat vol met ‘als’-argumenten. Dat wil zeggen dat Cassee de ‘als’ veronderstelling –als dit was, dan had… - gebruikt als volwaardig argument voor zijn betoog. Nog meer mist.
De VVD constateert dat zowel de mondelinge verdediging van wethouder Cassee tijdens de raadvergadering, als de schriftelijke verklaring twee dagen later, bol staat van onjuistheden, mist en het zaaien van verwarring. Op geen enkele wijze is hij in staat geweest feiten te weerleggen. Hij heeft het niet eens geprobeerd.
De motie van wantrouwen die de VVD samen met de SP en één lid van D66 tegen wethouder Cassee heeft ingediend, was en blijft het enige juiste middel tegen zoveel onwaarheden.
Hieronder lichten wij enige zaken die in het feitenrelaas aan de orde zijn gekomen en waar de wethouder op heeft ‘gereageerd’ nader toe:
1. Stichting IHD Zorg in het buitenland
D66 wethouder Cassee zegt tijdens het debat dat hij niet en schrijft in zijn brief dat hij op geen enkele wijze betrokken is geweest bij deze procedure. Deze stelling is niet houdbaar omdat Cassee via een aantal BV’s wel degelijk betrokken was bij het geschil waarover de Rechtbank, het Hof en de Hoge Raad oordeelden, ook al was hij geen procespartij. Dit geschil betrof onder andere ‘aanzienlijke geldbedragen als voorschot betaald aan IHD France BV terwijl hiervoor geen werkzaamheden werden verricht’. Dit betekent dat er in of omstreeks 2003 AWBZ-gelden doelbewust onttrokken zijn aan de Stichting zonder dat daar een grond voor was en dat Cassee deze gelden heeft ontvangen via zijn BV’s.
Voor zover wij hebben kunnen nagaan heeft Cassee deze gelden niet gerestitueerd aan de Stichting IHD Zorg in het buitenland.
2. Overtreding mededingingsregels
Vaststaat dat Cassee vanaf 1 september 2003 tot op dit moment verbonden is geweest aan verschillende onderdelen van de Bios groep. Als commissaris, als toezichthouder of als adviseur. De NMA noemt deze onderdelen ‘de betrokken ondernemingen’ en ziet ze als een economische eenheid. What’s in a name?
Vanaf mei 2006 wordt er door de betrokken ondernemingen onderhandeld met een derde partij over verdeling van de markt waarna op 17 april 2009 overeenstemming wordt bereikt en nota bene op 14 juli 2009 een schriftelijke overeenkomst wordt getekend. Deze overeenkomst betreft afspraken dat de een de ander niet zal beconcurreren bij aanbestedingen in de regio Rotterdam. Een kartelafspraak die gewoon verboden is.
De NMA oordeelt zelfs dat sprake is van een ‘zeer zware overtreding’, de hoogste categorie. Echter, voor het berekenen van de boete is alleen van belang of de afspraak ook daadwerkelijk marktregulerend heeft gewerkt.
Het is anders dan Cassee betoogt helemaal niet van belang langs welke tijdslijn de NMA haar werk heeft gedaan. De tijdslijn van de overtreding is belangrijk. De kartelbesprekingen zijn al begonnen in mei 2006! Het is volstrekt onwaarschijnlijk dat Cassee als commissaris/toezichthouder/adviseur niets heeft geweten van kartelbesprekingen, kartelafspraken en kartelwerking bij de aanbestedingen.
In elk geval is het zeker dat hij op dit moment kennis heeft genomen van de kartelafspraken maar wethouder Cassee neemt ook nu geen afstand van de Bios groep / AZRR maar blijft gewoon betrokken.
3. Afwikkeling faillissement IHD International
Cassee was direct dan wel indirect betrokken als aandeelhouder, als bestuurder, als belanghebbende bij IHD International BV, IHD Schiphol BV, IHD Airport services BV, IHD Handling España, IHD France BV en St IHD Zorg in het buitenland. Wie zoveel gelijksoortige handelsnamen gebruikt, draagt het risico van verwarring. Cassee zelf derhalve. Tijdens het debat overlegt Cassee een mail van meester Schuller, de toenmalig curator. Wat blijkt: ook meester Schuller is in verwarring en haalt nota bene de faillissementen door elkaar!
4. Wanbeleid bij IHD
In deze procedures voor de Ondernemingskamer van het Hof Amsterdam was Cassee direct betrokken als aandeelhouder maar ook als bestuurder van diverse BV’s. Zijn verweer raakt ook hier niet de kern.
Het benadelen van een minderheidsaandeelhouder zou je nog kunnen bagatelliseren tot een ‘zakelijk geschil’. Anders ligt dat voor het verzenden van facturen of het aangaan van verplichtingen waarvoor een zakelijke grondslag ontbreekt. En dat niet één keer, maar bij herhaling! Namelijk:
- in 1996 fl 951.000,-- advieskosten
- in 1999 fl 60.565,-- nabetaling managementkosten
- in 2000 fl 872.000,-- ‘verkoopkosten’
- in 2001 fl 494.000,-- managementvergoeding.
Van de begunstigde BV’s was Cassee bestuurder. Hierover hadden we graag meer gehoord. Juist ook omdat een dergelijke kwesties zich ook voordeed in 2003 bij de Stichting IHD zorg in het buitenland.